
Door Gert Tabak
Samen met mijn partner tuinontwerper/kunstschilder Ton ter Linden, geboren en getogen Amsterdammer, bezochten we aan het begin van het jaar zijn geboortestad, om herinneringen op te halen aan de geliefde plekken uit zijn jeugd; en natuurlijk deden we ook de Hortus Botanicus even aan. We waren diep ontroerd door de heerlijke ‘oude’ sfeer, en het feit dat hier al van alles bloeide, terwijl in onze eigen tuin nog helemaal geen kleur te zien was. We zijn de hele dag gebleven en in diezelfde week nog een keer gegaan. Helemaal geïnspireerd gingen we terug naar huis. Het tuinseizoen was begonnen!



Als we door de poort naar binnen gaan worden we het eerst aangetrokken door de architectuur van de groene gebogen buxusvakken in de halfronde systeemtuin. In de zomer is het hier een ware bloemenzee waar de plantensystematiek mee in beeld gebracht wordt; soorten die nauw verwant zijn, staan dan dicht bij elkaar. Nu is het een stuk leger maar de winterzon maakt dat de buxushaagjes er sprankelend uit zien, en dat de kleuren die wel aanwezig zijn meteen opvallen. Een dotje geel tussen het afgevallen blad blijkt Narcissus minor te zijn, één van de kleinste vroegbloeiende narcissen, uit de Pyreneeën. Goed om te onthouden! Een eindje verder bloeit Camellia x ‘Winter’s Hope’, de spierwitte open bloemen, met een toef goudgele meeldraden in het midden, steken mooi af tegen het grijsgroene blad. Enkele kraaien zijn op zoek naar eikels, ze storen zich totaal niet aan ons als we langs lopen. Het is een prachtig gezicht hoe hele stukken in het wandelpark met arboretum wit zijn van de pollen sneeuwklokjes. Meestal de gewone nivalis, maar ook zien we groepen met de gevulde Galanthus nivalis ‘Flore Pleno’ en pollen Galanthus woronowii (glanzend sneeuwklokje). Tussen die duizenden witte bengelende klokjes staan de geelgouden bloemen van de winterakoniet (Eranthis hyemalis); een veel toegepaste combi, maar zeer effectvol. Juist in deze oude tuin komen die tere bolgewassen mooi uit door het contrast met de immense stammen van de eeuwenoude bomen: oud en jong: het heeft altijd iets vertederends.



De rondbladige cyclaam (Cyclamen coum) bloeit in verschillende tinten roze en lila, ze is zeer winterhard, heeft mooi bont blad en staat graag in kalkrijke grond onder bladverliezende heesters. In dit geval is dat de winterbloeiende Viburnum farreri ‘Steam’. De struik zit helemaal vol met trosjes roze vetachtige bloemetjes. De rode vleesbes (Sarcococca ruscifolia Stapf) die verderop staat behoud juist haar blad. Dit is een weinig toegepaste struik in onze tuinen, en dat is vreemd want de glimmende vetachtige groene blaadjes – familielid van de buxus – worden afgewisseld met witte bloemen die niet zo opvallend zijn om te zien, maar die een zeer intense geur verspreiden. Heerlijk! Na de bloei verschijnen opvallende zwarte bessen. Nog een altijd groene struik die we tegenkomen is de bijna exotisch aandoende Mahonia japonica met haar heldergele pluimen. Het stekelige groene blad heeft een opvallende vorm en is aan de onderzijde blauwwit berijpt. Ook deze struik voelt zich opperbest in de halfschaduw of schaduw van de bomen in het arboretum.
- foto 1 – Cyclamen
- foto 2 – Cyclamen
- foto 3 – Erica x darleyensis ‘Bean’
Na een heerlijke lunch in de oranjerie willen we graag de drieklimatenkas in. Een strakke ultramoderne constructie nodigt uit tot een verkenningstocht. De ruimte is verdeeld in drie klimaatzones die de subtropen, de woestijn en de tropen vertegenwoordigen. Elke van deze zones heeft een eigen klimaatbeheersing. Het is leuk dat je eigen routes kunt kiezen die je dwalend door het struikgewas, de droge woestijn en de jungle leiden. Tussen de overdaad van alle tinten groen valt de grijsbladige bloeiende Eucaliptus op. Doordat er ook een boomkruinenwandeling is kunnen we dicht bij de bloeiende bloemen komen en er een foto van maken. Elegantie, die zuiver ronde witte pluisbolletjes tussen de smalle ellipsvormige blauwgrijze blaadjes. Diezelfde kleur komen we ook weer in het woestijngedeelte tegen, want tussen de bloeiende cactussen en vetplanten staan uiteraard ook indrukwekkend grote Agaves. Hun, haast gebeeldhouwde, dikke bladeren steken mooi af tegen de meer fijnbesnaarde planten.

Via het tuingedeelte waar veel mooie oude bomen staan lopen we naar de monumentale prachtige palmenkas uit 1912. Hier worden ’s winters ook de planten gestald die niet tegen vorst kunnen, dus de kas is aardig vol op dit moment. De meeste kuipplanten gaan ’s zomers weer naar buiten, maar nu staan ze hier zelfs nog wat na te bloeien. Ook buiten de hortus is deze kas een echte blikvanger, en heeft de status van een beschermd monument gekregen. We genieten van de hoge palmen en andere bijzonderheden, toch willen we nu weer graag naar buiten, want de zon schijnt nog steeds en als we even op een bankje zitten voelen we de warmte op ons gezicht.



Achter de vlinderkas is een rotstuinachtige border waar massaal de boerenkrokus (Crocus tommasinianus) bloeit tussen veldkeien. Ook hier weer die sfeer van de oude bemoste stenen in contrast met deze vroegst bloeiende lila lentebode. Zeer geraffineerd. Een aantal, door de zon beschenen bijna lichtgevende, Helleborus foetidus (stinkend nieskruid) geven hoogte aan het geheel. In de struikenwal langs de achterkant van de hortus bloeien verschillende stuikkamperfoelies. De mooiste vinden we Lonicera x purpusii ‘Rehder’, deze struik lijkt op de L. fragrantissima, één van de ouders, maar ze is meer winterhard en bloeit talrijker. We steken over naar de vijver via het ‘halfrond’ waar we verbaasd blijven staan bij een Phlomis fruticosa (brandkruid) die notabene al gele bloemknoppen heeft. Eigenlijk is dit een niet helemaal winterhard struikje, maar vaak wordt ze tot de vaste planten gerekend. Ze zou pas in juli moeten gaan bloeien, maar de zachte winter heeft haar verleid om er wat eerder mee te beginnen. Bij de vijver aangekomen, waar in de zomer de reuzenwaterlelie bloeit, doet een reiger net of ze ons niet ziet. Voldaan ploffen nog even neer op een bankje en genieten intens na.







Van kruidenhof tot botanische verzameling
De Hortus Botanicus Amsterdam is één van de oudste botanische tuinen. Maar liefst meer dan 4.000 soorten planten uit verschillende klimaten staan in de tuin en de kassen. In de Plantagebuurt, net buiten het hectische Amsterdamse centrum, ligt achter de 300 jaar oude toegangspoort deze groene oase. Het voelt alsof de stad even haar adem inhoudt als je door de poort bent.
Foto’s van buitenterrein

De Hortus werd door het Amsterdamse gemeentebestuur als een medicinale kruidentuin opgericht in 1638. Kruiden waren erg belangrijk in die tijd, zeker omdat de stad net een pestepidemie achter de rug had. Men was gedreven op zoek naar recepten om ziekten te kunnen bestrijden.







In de 17e en 18e eeuw breidde de Hortus zich snel uit, want naast kruiden brachten de VOC-schepen ook exotische sierplanten mee. Er staan nog steeds indrukwekkend oude planten uit die tijd in de palmenkas.


Zelf kijken?
Hortus Botanicus Amsterdam
Plantage Middenlaan 2a
1018 DD Amsterdam
elke dag geopend van 10-17 uur







- foto 1 – Helleborus foetidus
- foto 2 – Kalanchoe beharensis ‘Drake’
- foto 3 – Lonicera x purpussi ‘Rehder’
- foto 4 – Rooi-eis (Cunonia capensis)
- foto 5 – Viburnum tinus
- foto 6 – Winterakoniet (Eranthis hyemalis)
- foto 7 – Winterheliotroop (petasites fragans)