Maak uw tuin zo vlindervriendelijk mogelijk

Zonder twijfel zijn vlinders een van de mooiste bezoekers van onze tuinen. Velen van ons kunnen genieten als vlinders een dans maken van plant naar plant in onze tuin. Door tuinen zo vriendelijk mogelijk voor vlinders in te richten helpen wij de vlinders, die het erg zwaar hebben, maar ook ons zelf zodat wij nog lang van deze prachtige vliegende schepsels kunnen genieten.


Overwinteraars

Als de temperturen in september en oktober beginnen te zakken gaan vlinders in winterrust. De meeste vlinders in Nederland brengen de winter door als eitje, rups of pop. Sommige vertrekken net als veel gepensioneerden naar het zuiden. Toch zijn er ook een aantal die overwinteren als vlinder; de kleine vos, de dagpauwoog, de gehakkelde aurelia en de citroenvlinder. Vroeg in de lente zijn het dus ook deze vlinders die zich het eerst weer laten zien.

E.H.B.O Eerste hulp bij (verkeerd) overwinteren

De kleine vos, de dagpauwoog, de gehakkelde aurelia en de citroenvlinder kunt u dus ook binnenshuis tegenkomen. Ze komen het huis binnen als de temperatuur dus aan het dalen is en de meeste van ons de huizen nog niet warm stoken. Als u zo’n overwinteraar in uw huis spot is het zaak deze zo spoedig mogelijk buiten de deur te zetten. Vlinders halen vocht uit hun lijf, brengen hun spijsvertering tot een minimum terug en vormen een soort antivries in hun lichaam. Ze kunnen dan uitstekend tegen de winterse kou en een temperatuur van -20 graden kunnen ze goed overleven. Als de kachel gaat branden worden koele plekjes warm en de vlinders ontwaken uit hun winterslaap. Na het vinden van de vlinder kunt u het beste direct handelen, raak de vlinder niet aan met uw handen maar laat hem langzaam in een klein potje of doosje zakken. Breng de vlinder naar buiten op een koele en droge plek, bijvoorbeeld in een schuurtje of houtstapel. Zorg er wel voor dat er zo min mogelijk spinnenwebben aanwezig zijn.



Een nectarrijke beplanting

Het meest nuttige wat u in uw vlindervriendelijke tuin kunt doen is te zorgen voor een zo groot mogelijk aanbod van nectar. Het vlinderseizoen loopt ongeveer van maart tot in november. Let dus bij de samenstelling van uw beplanting op veel nectarrijke planten. Daarnaast op een goede spreiding over het vlinderseizoen wat betreft de bloeiperiode.

Heeft u een dode boom in de tuin staan laat hem dan begroeien met Hedera (klimop), In de zomer geeft dit veel gelegenheid voor vlinders om te schuilen voor de regen, in de winter is er genoeg plek om droog te kunnen overwinteren. Een groene erfafscheiding is in vele gevallen beter dan de vaak lelijke schuttingen.



Veel van de natuurlijke leefomgevingen voor vlinders verdwijnen, dus let u bij uw plantkeuze ook naar de gelegenheid voor vlinders om te nestelen. Struiken kunnen ook goed over deze eigenschappen beschikken.

foto; IVN.NL

Een greep uit de ruime keuze aan beplanting;

  • Buddleia; deze struik is een van de beste leveranciers van nectar, en trekt veel verschillende soorten vlinders aan. Buddleia davidii, Buddleia x weyeriana en Buddleia globosa zijn hier de beste optie.
  • Lavendel (Lavandula); Gedurende de gehele zomer ook een nectarrijke struik. Trekt de meeste vlindersoorten aan. Lavandula angustifolia, Lavandula x intermedia en Lavandula stoechas zijn de beste keuze.
  • Hebe; De nectarrijke bloemen zijn er in tinten wit, roze, paars en blauw.
  • Klimop (Hedera); heeft een aantal positieve eigenschappen voor vlinders. Deze laatbloeier (herfst) trekt een aantal laatvliegers aan. De dichte massa aan blad geeft schuilgelegenheid voor volwassen vlinders.
  • Kamperfoelie (Lonicera periclymenum); De nectarrijke bloemen van deze heerlijk ruikende plant trekken veel nachtvlinders aan.
  • Liguster (Ligustrum vulgare); De heerlijk zacht geurende witte bloemetjes trekken veel verschillende vlinders aan.

Geef uw planten rijkelijk water, hoe meer water des te meer nectar voor de vlinders. Zorg voor planten die goed toegankelijk zijn voor de vlinders om bij de nectar te komen. Gebruik daarom veel botanische planten.


Naast struiken kiest u uit kort-, en langlevende planten (1 & 2-jarige planten, vaste planten) en bloembollen.

Gebruik het liefst geen bestrijdingsmiddelen, wanneer u hier niet aan ontkomt gebruik dan biologische bestrijding & natuurlijke producten (Ecostyle natuurlijke & ecologisch verantwoorde producten)

foto; nu.nl

Selectie van vlindervriendelijke planten

Eigenlijk heeft elke plant vlinders wel iets te bieden. De selectie planten hieronder heeft vlinders net iets meer te bieden.

  1. Ajuga reptans – Kruipend zenegroen
  2. Althaea officinalis – Heemst
  3. Anchusa officinalis – Gewone ossentong;
  4. Berteroa incana – Grijskruid
  5. Campanula persicifolia – Prachtklokje
  6. Cardamine pratensis – Pinksterbloem
  7. Centaurea cyanus – Korenbloem
  8. Centaurea jacea – Knoopkruid
  9. Centaurea scabiosa – Grote centaurie
  10. Daucus carota – Peen
  11. Dipsacus fullonum – Grote kaardebol
  12. Echium vulgare – Slangenkruid
  13. Eupatorium cannabinum – Koninginnekruid
  14. Geranium pyrenaicum – Bermooievaarsbek
  15. Leucanthemum vulgare – Gewone margriet
  16. Lotus corniculatus – Gewone rolklaver
  17. Lythrum salicaria – Grote kattenstaart
  18. Malva moschata – Muskuskaasjeskruid
  19. Nepeta cataria – Wild kattenkruid
  20. Oenothera biennis – Middelste teunisbloem
  21. Origanum vulgare – Wilde marjolein
  22. Papaver rhoeas – Grote klaproos
  23. Reseda luteola – Wouw
  24. Salvia pratensis – Veldsalie
  25. Scabiosa columbaria – Duifkruid
  26. Scrophularia umbrosa – Gevleugeld helmkruid
  27. Sedum telephium – Hemelsleutel
  28. Silene dioica – Dagkoekoeksbloem
  29. Solidago virgaurea – Echte guldenroede
  30. Stachys officinalis – Betonie
  31. Stachys sylvatica – Bosandoorn
  32. Succisa pratensis – Blauwe knoop
  33. Thymus pulegioides – Grote tijm
  34. Veronica longifolia – Lange ereprijs

Alle planten uit deze vlindervriendelijke selectie kunt u kweken door middel van zaad. De zaden kunt u aanschaffen via de webshop van de specialist in wildebloemzaden; Kwekerij Cruijdthoeck. De selectie is slechts een greep uit de vele planten die positieve eigenschappen bezitten voor vlinders (& bijen en andere – al dan niet – vliegende insecten)



Het belangrijkste voedsel voor vlinders is dus nectar. Een stroperig vocht dat ze uit bloemen halen. In nectar zitten suiker en kleine hoeveelheden eiwitten en vitamines. Vooral de vrouwtjes hebben dit nodig om eitjes aan te maken. Vlinders als; atalanta’s en dagpauwogen zijn naast nectar ook gek op rottend fruit, in het najaar zijn zij om deze reden dan ook vaak te vinden in boomgaarden. Een paar rotte appels en pruimen in de tuin trekken deze vlindersoorten dan ook gauw aan.

Voedsel voor rupsen

Omdat rupsen nogal kieskeurig zijn leggen de meeste vlinders hun eitjes op planten die de rupsen lekker vinden. In de meeste gevallen zijn dit wilde plantensoorten, ook enkele gecultiveerde planten worden als waardplant gebruikt. Zo eten de rupsen van de kleine vos, dagpauwoog, landkaartje en atalanta alleen brandnetel. Andere rupsen eten alleen planten uit één familie, zoals de rupsen van de kleine vuurvlinder, die verschillende soorten zuring eten. Ook zijn er rupsen die niet erg kieskeurig zijn: de rupsen van het bruin zandoogje eten bijvoorbeeld vrijwel alle soorten grassen. De rupsen van het groot en klein koolwitje leven van koolplanten. Het boomblauwtje heeft weer een andere smaak: de rupsen houden van klimop, heide en hulst.

Rupsen van…Voedsel
Groot koolwitjeKoolsoorten en andere kruisbloemigen, zoals damastbloem en koolzaad, oost-indische kers
Klein koolwitjeKoolsoorten en andere kruisbloemigen, zoals damastbloem en koolzaad, oost-indische kers
Klein geaderd witjeKruisbloemigen, zoals look-zonder-look en pinksterbloem
OranjetipjeLook-zonder-look, pinksterbloem, damastbloem en judaspenning
CitroenvlinderVuilboom en wegedoorn
KoninginnenpageVenkel, peen, dille en andere schermbloemigen
Kleine vuurvlinderSchapenzuring, veldzuring
BoomblauwtjeVuilboom, klimop, heide, hulst, wegedoorn, vlinderstruik en kattenstaart
IcarusblauwtjeDiverse klaversoorten, zoals hopklaver, rolklaver en gewone rupsklaver
DistelvlinderDiverse distelsoorten, kleine klis, kaasjeskruid en brandnetels
AtalantaGrote en kleine brandnetel
DagpauwoogGrote brandnetel
Kleine vosGrote brandnetel
Gehakkelde aureliaGrote brandnetel, hop, iep, aalbes
LandkaartjeGrote brandnetel

De Vlinderstichting schreef ‘Tuinieren voor vlinders’ samen met tv-tuinman Lodewijk Hoekstra. Vol wetenswaardigheden over vlinders. Wat hebben ze nodig, welke soorten ziet u in de tuin? Met praktische tips voor het inrichten van uw tuin voor vlinders.



Nog wat nuttige tips

  • Maak een vlinder of een uitgebreider insectenhotel, kijk hier hoe.
  • Stel zoveel mogelijk onderhoud aan de tuin uit tot na de winter. Laat vooral ook blad en takken met rust.
  • Vlinders en andere insecten zijn koudbloedig, warme beschutte plekjes zijn dus belangrijk. Lekker opwarmen uit de wind en in de zon kan bijvoorbeeld in de beschutting van een haag.
  • Gooi uw tuinafval niet in de container, maar maak er een composthoop van.
  • Vlinders en bijen zijn gek op bloeiende kruidenhoekjes met rozemarijn, lavendel, kattenkruid, marjolein, tijm, of venkel.
  • Hoewel het een uitdaging is zoveel mogelijk nectarplanten in de tuin te zetten, is ook wintergroen belangrijk.




Bronnen; Cruijdthoeck/Gardenersworld/vlinderstichting