Door Gert Tabak
In de provincie Friesland, in het noorden van Nederland, hebben de tuinontwerpers kunstschilder Ton ter Linden en zijn partner fotograaf Gert Tabak, een tuin aangelegd rond hun landhuis.

Dutch Wave
Ton ter Linden wordt gezien, net als Piet Oudolf en Henk Gerritsen, als één van de protagonisten van, zoals het tegenwoordig genoemd wordt The Dutch Wave. Deze beweging begon in de jaren ’80 van de vorige eeuw doordat er behoefte was aan een vrijere en meer ongedwongen manier van tuinieren. De tijd was er blijkbaar rijp voor want onafhankelijk van elkaar groeide een groep sympathisanten. Er kwamen steeds meer gelijkgestemde kwekers, schrijvers, fotografen, zaadtelers en tuinontwerpers bij die allen min of meer de natuur als uitgangspunt hadden. Zij ontwikkelden zich tegelijkertijd, en onafhankelijk van elkaar, maar hadden onderling een goed contact en wisselden planten en ideeën uit. Niemand is op zijn eilandje blijven zitten; dat is wel een bijzonder en uniek kenmerk van dit kleurrijke gezelschap.
Thijssepark
De jeugdige Amsterdammer Ter Linden kwam in de beginjaren ’50, toen hij dierenverzorger was in Artis, via de Nederlandse Jeugdbond voor Natuurstudie, in contact met het Thijssepark in Amstelveen. Dit heempark dat op een bijzondere manier wordt onderhouden, inspireerde Ton enorm. De schoonheid van verschillende delen van het park legde hij vast met potlood of pastelkrijt. Het viel op dat de manier van onderhoud wel heel speciaal was: goed opgeleide tuinmannen waren overal in het park handmatig aan het wieden met een tuindersmes. De toplaag van de aarde wordt op deze manier zoveel mogelijk intact gehouden, zodat er een mooie ‘oerbodem’ ontstaat waardoor het bodemleven, maar ook de waterhuishouding, niet verstoord wordt.
Nog regelmatig laten Ter Linden en Tabak zich in het voorjaar door dit park inspireren.

Van Ruinen naar Limburg
Vanaf 1970 paste Ton ter Linden de ‘Thijssepark-manier’ van onderhoud toe in zijn eigen tuinen in Ruinen. Dit tuinencomplex van 1½ ha. werd in de jaren ’90 internationaal bekend. Ton combineerde die manier van onderhoud met zijn aangeboren gevoel voor esthetiek en kleur. Weelderige borders met vaak hoge planten die door elkaar heen weven in mooie kleurlijnen waren het resultaat van jarenlang experimenteren. Als geen ander wist deze autodidact op een volkomen gevoelsmatige manier natuur en cultuur te combineren. In een stijl die te omschrijven valt als impressionistisch, op een geheel ongedwongen en vrije manier, wars van conventies en historische dwang.
De belangstelling voor het tuinencomplex in Ruinen groeide enorm. Ter Linden was elke dag, dus ook tijdens de openingsuren, in zijn borders aan het werk. Vriendin en schrijfster Hanne Cannegieter en zijn huidige partner Gert Tabak hadden de dagelijkse leiding over het groeiende bedrijf. Het onafgebroken werken in de borders kwam hoofdzakelijk op Ton neer en dat werd in combinatie met de toenemende stroom bezoekers en de mondiale media-aandacht te zwaar. Hij besloot zijn levenswerk te verkopen. De mannen verhuisden eind 2000 naar Zuid Limburg. De dorpsboerderij had een zuidelijke uitstraling dus de heren legden een Mediterrane tuin aan met planten uit warmere streken, die soms nog maar net winterhard waren. Toch was ook toen de natuurlijke en losse stijl van Ton goed te herkennen.

De aanleg van de tuin
Op zoek naar een stille, en minder toeristische, plek kwamen de heren in het jaar 2008 terecht in het buitengebied van De Veenhoop, een klein dorp in Friesland. Hun tegenwoordige huis ligt op een vierkante kavel van 3200 m2, omringd door weilanden. Rond het betrekkelijke nieuwe huis was toen nog geen tuin aangelegd. De enige erfenis van de vorige bewoners was een erg grote niervormige vijver achter het huis; de rest was ingezaaid met een grof gazonmengsel. Er werd lang gepiekerd over de vijver. Dempen was een mogelijke optie, maar ook zou de niervorm recht getrokken kunnen worden. Rechte lijnen hebben sterk de voorkeur bij de mannen, want de borders zijn all weelderig en rond genoeg. Toch werd gekozen om de vijver te behouden zoals ze was aangelegd. Borders rond deze vijver met veel siergrassen, vaste planten en heemplanten zouden een mooie link gaan vormen met het landschap.

Hieronder ziet u enkele samenvattingen van recente berichten, het bericht gaat na deze onderbreking verder.
De Limburgse Alpen van Nico Tillie
De rotstuin van Ber Slangen in Ambi, een buitenwijk van Maastricht, is al sinds 1974 een publiekstrekker voor mensen uit binnen- en buitenland. Niet zo verwonderlijk want wat die man in zijn achtertuin heeft aangelegd is eigenlijk met geen pen te beschrijven. Ik ga het uiteraard wel proberen, maar gelukkig heb ik ook veel foto’s…
Troostrijke bloemen op de dag na Moederdag
Bijzonder initiatief op Amsterdamse bloemenmarkt Maandag 15 mei, de dag na Moederdag organiseerde actrice Tjitske Reidinga een bijzonder initiatief met bloemen en kreeg daarbij de steun van Bloemenbureau Holland. Op de bloemenmarkt op het Amstelveld in Amsterdam vroeg zij aandacht voor al die mensen voor wie Moederdag een confronterende dag is. Voor moeders die een…
“The Roof” vertegenwoordigt de kwaliteiten van de achterafstraatjes (Li ‘long) van Shanghai
Het groenproject heet officieel The Roof. vertegenwoordigt de kwaliteiten van de achterafstraatjes (Li ‘long) van Shanghai en verweeft zorgvuldig de omringende cultuur in zijn kenmerkende ontwerp, waardoor een model ontstaat voor toekomstige stadsruimten waar mensen en de natuur gedijen in een bestemming om te zien en gezien te worden. Het idee om het DNA van…
Ondanks de altijd aanwezige wind werd niet gekozen om de tuin af te sluiten met heesters en bomen, zodat het landschap als het ware de tuin binnenkomt.
Prachtige rulle aarde kwam tevoorschijn toen het ‘gazon’ werd stuk gefreesd en afgevoerd. Een mooie combinatie van veen en zand, waar ook de mestvaalten van de boerderij die er ooit stond doorheen gemengd waren. Het hele grondstuk rond de vijver werd door Ton zo gemodelleerd dat er mooie zachte glooiingen ontstonden. Paden en terrassen werden aangelegd, pergola’s gezet, hagen geplant, een schuur en een kasje geplaatst en de borders uitgezet. Het terras achter het huis werd met de lager liggende vijver verbonden door een brede houten vlondertrap. Een mooie oplossing om huis en tuin tot een organisch en logisch geheel te maken.
Klik op foto:
Borders componeren
De planten die Ter Linden gedurende het jaar had verzameld stonden ingekuild op een aantal plekken in de, nog kale, tuin. Voordat in oktober de borders ingeplant moesten worden heeft Ton ze bij elkaar gezocht en uitgelegd. Kleur, hoogte, transparantie, habitus, afwisseling in bloeiwijzen, maar vooral ook de sfeer (!) die planten uitstralen bepalen wat bij elkaar hoort. Hij heeft daar door de jaren heen, met vallen en opstaan, een feilloos gevoel voor ontwikkeld. Een groot voordeel is dat hij het eindresultaat goed kan visualiseren en naar dat ‘plaatje’ toe werkt. Beplantingsplannen werden wel gemaakt voor de tuinontwerpen van anderen, maar voor de eigen borders is dat niet gewenst. In volledige concentratie wordt er met de planten geschoven en daarbij wordt plaats vrij gehouden, gemarkeerd met tonkinstokken, voor de éénjarigen die er het volgend jaar in mei tussen gezet moeten worden. Als alles naar zijn zin is gaan de planten de grond in. Voor een nonchalant en natuurlijk effect worden er veel bollen van tulpen, sieruien en andere bolgewassen tussen gestrooid; op de plek waar ze vallen gaan ze de grond in.

Filosofie à la Ton
De borders, of liever gezegd de plantengemeenschappen, in de tuin van Ton moeten een natuurlijke uitstraling hebben. ‘Je mag niet zien dat er in de borders gewerkt wordt. Het moet eruit zien alsof de natuur het zelf zo heeft gecomponeerd’, is Ton zijn credo.
De beplanting mag nergens massief worden, daarom wordt er veel met hoge verticale beweeglijke vormen en siergrassen gewerkt. Het licht moet altijd door de beplanting heen kunnen spelen. Dat maakt het levendig, en bij bepaald zacht licht soms zelfs etherisch.
Sommige ijle planten, en ook bolgewassen, worden als repeterende kleurspatjes herhaald in de border. Deze herhaling zorgt voor een krachtig samenbindend effect. Een mooi voorbeeld is het gebruik van de Geranium pyrenaicum die in de Voorjaarstuin, met wolken lila kleine bloemetjes, alle kleuren en vormen samenbindt tot één geheel. In dezelfde border doen Aquilegia vulgaris hybr. in een eerder stadium hetzelfde.
Dit weven met planten is ook de reden dat Ton nooit een buxusvorm – voor het broodnodige wintergroen – of een hortensia in zijn composities zal dulden. Die planten zijn te massief en zullen voor een groen ‘gat’ zorgen als het hele bloeiende weefwerk op z’n mooist is.

Ook krijgen de planten een bepaalde vrijheid. Ze worden niet opgesloten in buxushaagjes, zodat ze weelderig over het pad kunnen bloezen. Ze mogen zich uitzaaien, en imperialistische soorten worden niet geschuwd. Het gebruik van heemplanten in een plantengemeenschap met voornamelijk cultuurvariëteiten is voor Ton essentieel, maar soms wel lastig omdat ze snel veel plaats innemen. Uitgebloeide planten mogen blijven staan; zaaddozen en vruchten zijn een wezenlijk onderdeel van de algehele tuinbeleving.
Het is duidelijk dat de stijl van tuinieren van Ton ter Linden nogal arbeidsintensief is, want er moet dagelijks ingegrepen worden. De composities zijn allesbehalve statisch en veranderen voortdurend. Dat maakt deze manier van tuinieren voor hem zo spannend en intrigerend. Het is steeds alert zijn en zoeken naar de balans tussen cultuur en natuur; een voortdurend creatief proces.
Klik op foto:
Ecologisch natuurlijk!
Voor Ton ter Linden is zijn manier van tuinieren onlosmakelijk verbonden met ecologie. Grote belangstelling en interesse in de natuur vertaalt zich in een diep respect. Hij is zich er terdege van bewust dat een tuin geen vrije natuur is, maar een gecultiveerde vorm. Het is voor hem belangrijk om goed voor het stuk grond te zorgen dat hij mag beheren, dus gebruikt hij geen chemische bestrijdingsmiddelen en meststoffen. Zijn visie dat een plant op de plek moet staan waar hij zich thuis voelt is ook één van de regels van het ecologisch tuinieren. Een dergelijke plant zal minder problemen geven of ziek worden. Ter Linden gaat altijd uit van de grondsoort en de omstandigheden en zoekt daar planten bij; en niet andersom. Het werkt averechts om een plant met veel kunst en vliegwerk in leven houden terwijl die plant eigenlijk andere omstandigheden nodig heeft. De bemesting is organisch: rozen krijgen bijvoorbeeld vergane paardenmest in de winter en in het voorjaar een handje basaltmeel en wat biologische rozenmeststof. Vanaf de beginjaren in Ruinen gebruikt Ton basaltmeel om planten wat extra mineralen, sporenelementen en silicium te geven. Planten worden hierdoor steviger en weerbaarder, zodat ze minder snel aangetast of belaagd worden. ‘Actie en reactie’ is een wet in de natuur; het is goed te beseffen dat alles wat je doet gevolgen heeft.
De transformatie van kaal grasveld naar een biotoop met een grote diversiteit aan planten is vanzelfsprekend ook aantrekkelijk voor veel dieren. Langzamerhand kwamen er steeds meer vogels, vlinders en insecten, maar ook mollen, muizen, slakken en egels.

Werkwijze en onderhoud
De beplanting blijft de hele winter staan, alleen dat wat slijmerig wordt ruimt Ton op. De vaste planten, bolgewassen, siergrassen en éénjarigen drogen meestal mooi in. In maart knipt Ton met de heggenschaar de planten van boven naar beneden in kleine stukjes. Die verdroogde plantenresten blijven als een strooisel- of mulchlaag op de border liggen. Alleen de resten van grassen worden afgevoerd, omdat ze moeilijker verteren. De strooisellaag wordt mooi verdeeld en de border ziet er opgeruimd uit.
Zoals gezegd heeft Ton het wieden afgekeken bij het Thijssepark. In plaats van een tuindersmes gebruikt hij een aspergesteker als wiedstok. Hiermee haalt hij in het voorjaar eerst de grove onkruiden weg op de plaatsen waar hij het niet wil. In de volgende wiedronde wordt het teveel aan zaailingen weggehaald zonder de grond te verstoren.

Als de aarde door zijn gewicht ingedrukt is wipt Ton die plek met de wiedstok weer op, zodat er zuurstof bij komt en het evenwicht zich kan herstellen. Zo zijn er een aantal wiedrondes waarin ongewenste onkruiden en het teveel aan zaailingen van de cultuurplanten worden weggehaald. Dit is ook het moment om zaailingen te verplaatsen om op die manier een kleur of een markante vorm te herhalen in de border. Ook worden er plaatsen in de border vrij gehouden om er later éénjarigen in te zetten. Dit wieden en bijsturen gaat het hele seizoen door. Door dit wieden is Ter Linden altijd vlak bij de aarde bezig en ziet hij direct wat er wel en niet gebeurd. Dit dichtbij-contact geeft hem ook een enorme verbondenheid met de aarde. Behalve voor het maaien van het gazon in de boomgaard gebruikt Ton uit principe geen machines: alle klussen gebeuren met de hand.

Om sommige topzware planten in de zomer een steuntje te geven prikt hij scherp aangepunte kale berkentakken in de grond: doeltreffend en onopvallend. De rozen die in de borders zijn toegepast worden gedurende het groeiseizoen steeds vrijgesteld, en dat geldt ook voor andere planten die bedreigd worden. Bijsturen en ingrijpen waar nodig is het hele seizoen aan de orde. In de herfst wordt er gedeeld, verplant en gereorganiseerd.
Nieuwe combinaties worden geplant en veel bollen bijgepoot. De visioenen van hoe het er na de winter uit zal zien maken dit jaargetijde wat draaglijker voor Ton ter Linden. En als de tuin in rust is komt de schildersezel weer wat vaker tevoorschijn.
Klik op foto:

Bekijk een film over Ton’s tuinen in het Drentse Ruinen bij FLORATUBE.ORG
Ga naar Welkom-pagina